Titlebar
Einträge suchen
Einträge auflisten
Datensatz exportieren
 

Handschrift ::
Psautier, en flamand.

Kodikologischer Teil

Bibliothek:Brüssel, Bibliothèque Royale / Koninklijke Bibliotheek Albert I.
Signatur:ms. 19565 (Kat.-Nr. 609)
Siglen:Br6 (Eckhart-Sigle)
Titel lt. Katalog:Psautier, en flamand.
Provenienz:Wille die mestesse van desen bock weten joeffrouwe / Lievyn Longyn es sey gheheyeten / God maech versijn lieuin longijn.
Provenienz ermittelt durch:f. 1v; Van den Gheyn, S. 383
Vorbesitzer:J. F. Willems
Alter:14. Jh.
Alter ermittelt durch:Van den Gheyn, S. 383 (Heymann legt die Datierung der Hs. in die 2. Hälfte des 15. Jhs. Er hält sich dabei an C.C. de Bruins, der zwar in 'Bijdrage tot de geschiedenis der Middelnederlandse psalmvertalingen' ebenfalls vom 15. Jh. spricht, diese Aussage jedoch in einem im selben Jahr erschienen Werk mit der dortigen Datierung im 14. Jh. widerruft. Reynaert gibt an, dass auch die 1. Hand dieser Hs. auf jeden Fall älter sein muss als das 15. Jh.)
Schreibsprache:flämisch
Schreibsprache ermittelt durch:Van den Gheyn, S. 383
Beschreibstoff:Pergament
Umfang:361 Bll. + V
Lagen/Foliierung:"fol. 1: een schutblad, vastgekleefd aan het eerste katern; fol. 2-73: zes regelmatige sexternen; fol. 74 en 75: twee losse bladen, oorspronkelijk vastgekleefd tussen voorafgaande en volgende katernen; fol. 76-83: een quatern, waarvan het tweede blad werd uitgesneden en vervangen door een los blad, dat oorspronkelijk misschien op talon vastgekleefd was; fol. 84-87: binio (of vier afzonderlijke folio's) van zeer fijn perkament, gekleefd tussen voorafgaande en volgende katernen; fol. 88-107: twee quinternen; fol. 108-115: een quatern; fol. 116-185: zeven quinternen; fol. 186-193: een quatern; fol. 194-323: dertien quinternen; fol. 324-334: een sextern, waarvan het laatste blad zonder tekstverlies werd uitgesneden; fol. 335-344: een quintern; fol. 345-356: een sextern; fol. 357-364: een quatern. Opbouwformule: 1 (1) + 6 VI (73) + 2 (75) + ((VI-1) + 1) (83) + 4 (87) + 2 V (107) + IV (115) + 7 V (185) + IV (93) + 13 V (323) + (VI-1) (334) + VI (356) + IV (364). [...] Moderne folie¨ring in zwarte inkt van 1 tot 364." (Reynaert, S. 13-14)
Blattgröße:10,5cm x 6,7cm
Format Schriftraum:fol. 2r-83v: ca. 8,1cm x 5,5cm; fol. 84r-87r: 7,7cm x 5,3cm; fol. 88r: ca. 7,4cm x 4,3cm
Spalten:einspaltig
Zeilen:fol. 2r-87v: 20; fol. 88r-360r: 17; fol. 360v-361r: 14-15
Schriftarten:4 Hände (1-3 "littera textualis"; 4 "slordige bastarda schrijven") (nach Reynaert, S. 14)
Hände/Schreiber:
  • 2r-83v
  • 84r-86v
  • 88r-359v (textualis formata)
  • 359v-361r
Buchschmuck:"Wat de versiering betreft, kunnen duidelijk twee delen onderscheiden worden. Heerste (fol. 2-87) heeft geen rubrieken, geen rubricering, wel hier en daar rode paragraaftekens: verder een aantal rode lombarden, meestal 2r. hoog (fol. 3v, 16r (2x), 16v, 27r, 30r, 32r, 33v, 35v, 36r, 39r); een versierde initiaal van 4r. hoog op fol. 2r; een niet versierde initiaal van 3r. hoog op fol. 21v. Het tweede deel (fol. 88 e.v.) is veel rijkelijker versierd. Op fol. 88r bevindt zich een rode initaal van 8r. hoog, versierd met penwerk en gebladerte, waarvan de binnenruimte met een polychrome griffioen is beschilderd. Verder heeft dan elke nieuwe afdeling (psalm) een initiaal van meestal 2, soms echter ook tot 5 en 6r. hoog, voorzien van penwerk (soms met grotesken) en gebladerte tot boven- en onderaan de bladzije; de kleur is afwisselend blauw met rode versiering en rood met purperen versiering. Bovendien beginnen ook de afzonderlijke verzen met afwisselend rode an blauwe lombarden (1 r. hoog, niet versierd). Bij de aanvang van elke psalm worden in rode leeters een (wisselend) aantal woorden van de Latijnse aanhef opgegeven; daarnaast in de marge staat dan, als aanwijzing voor de rubricator (overigens geen andere hand), dezelfde tekst in een zeer klein en fijn schrift (textualis)." (Reynaert, S. 14-15)
Einband:"Moderne kalfslederen band, met op de rug, tussen de ribben, vier vakjes, waarvan het tweede bovenaan de titel bevat (BOEK DER SANGEN / EN PSALMEN .M.S.S.) en de overige drie met bloemmotieven zijn versierd, alles in gouddruk. Op het voorplat onderaan, eveneens in gouddruk. het nummer: 19565. Tussen de band en de eigenliljke perkamenten codex is vooraan en achteraan telkens één papieren schutblat ingevoegd; het blad vooraan heeft op zijn versozijde in het geschrift van baron de Reiffenberg de volgede notitie: MS de fei M.J.F. Willems, déc. 1846. no. 13, fr. 40. Daaronder, van een vroegere hand: Seer Oud." (Reynaert, S. 14)
Sonstige Vermerke:"Er kunnen twee delen in het handschrift worden onderscheiden, die aanvankelijk wel afzonderlijk zullen bestaan hebben: 1. fol. 1 (of 2)-87 (overwegend sexernen, geen reklamen, geen dekoratie) en 2. fol. 88-364 (overwegend quinternen, in de regel reklamen aan het einde van elk katern, rijke dekoratie, uiterst verzorgd schrift, kleinere bladspiegel). De cesuur valt dus na fol. 87, dat blanco is evenals reeds gedeeltelijk fol. 86v. Het eerste deel is vermoedelijk het oudste." (Reynaert, S. 16)
ID der Handschrift:4835

Enthaltene Texte

Zählung Foliierung Texttyp Titel Anlass Bibelstelle
1. 1 2r-16r Traktat Anonym: Palmbaumtraktat (mnl.)
2. 2 a) 16r-v Traktat Anonym: De S. Agatha
3. 2 b) 16v-21v Traktat Anonym: De tentationibus
4. 2 c) 21v-25v Traktat [Meister Eckhart]: Traktat Pf. 7 "Diu zeichen eines wârhaften grundes"
5. 2 c) 25v-27r Traktatexzerpt (?) Anonym: Traktatstück
6. 2 d) 27r-32r Traktat Anonym: De oratione dominica
7. 2 e) 32r-v Traktat Anonym: De spiritu Dei
8. 2 f) 32v-33r Traktat Anonym: Sententiae variae
9. 2 g) 33v-35v Traktat Anonym: Duo exempla
10. 2 h) 36r-39r Traktat Anonym: De S. Bernardo
11. 2 i) 39r-83v Traktat [Meister Eckhart] (?): Traktat Des gheestes bouwe
12. 3 84r-86v Traktat Anonym: De officio monastico
13. 4 88r-315r Psalmsammlung Anonym: Psautier
14. 5 315r-353r Lieder Anonym: Cantiques tirés de l'Écriture
15. 6 353v-359v Traktat Anonym: Te deum, symbole de S. Athanase
16. 7 359v-361v Sentenzen Anonym: Diverses sentences

Bibliographischer Teil

Katalog:Gheyn, J. v.d., Catalogue des Manuscrits de la Bibliothèque Royale de Belgique, Tome 1: Écriture sainte et Liturgie, Brüssel 1901, S. 383 (Nr. 609).
Literatur:
  • Axters, S.G., Bibliotheca Dominicana Neerlandica Manuscripta 1224–1500, Louvain 1970, S. 146.
  • Bruins, C.C. d., Bijdrage tot de geschiedenis der Middelnederlandse psalmvertalingen, in: Bundel opstellen van oud-leerlingen aangeboden aan Prof. Dr. C. G. N. de Vooys, Groningen-Batavia 1940, S. 46-74, hier S. 55.
  • Bruins, C.C. d., Middelnederlands geestelijk proza, Zutphen 1940, S. 337.
  • Gottschall, D. (Hg.), Das Geistbuch. Ein Traktat zur Vollkommenheit aus dem Umkreis Meister Eckharts. Mit einem Vorwort von Maarten J. F. M. Hoenen und Loris Sturlese (Studies in the History of Christian Traditions 160), Leiden/Boston 2012.
  • Heymann, J.G., Het Psalter von Leningrad, Leiden 1973, S. XII.
  • Reynaert, J., "Het vroegste Middelnederlandse Palmboomtraktaat. 1. De handschriften", D.G.E. 52 (1978), S. 3-32, hier S. 13ff.
  • Scheepsma, W., The Limburg Sermons. Preaching in the Medieval Law Countries at the Turn of the Fourteenth Century, translated by David F. Johnson (Brill's Series in Church History 34), Leiden/Boston 2008, S. 131f.
Literatur zu enthaltenen Texten:
  • Beuken, J.H.A., Rondom een Middelnederlandsche Eckehart-tekst, in: Ons Geestelijk Erf 8 (1934), S. 310-337, hier S. 323.
  • Fleischer, W., Untersuchungen zur Palmbaumallegorie im Mittelalter, in: Münchner germanistische Beiträge 20 (1976).
  • Lievens, R., Middelnederlandse handschriften in Oost-Europa, Gent 1963, S. 59.
  • Preger, W., Geschichte der deutschen Mystik im Mittelalter. II, Leipzig 1893, S. 17 e.v.
  • Reynaert, J., "Het vroegste Middelnederlandse Palmboomtraktaat. 1. De handschriften", D.G.E. 52 (1978), S. 3-32, hier S. 13ff und S. 195ff.
WWW-Ressourcen:

Auswertender Teil

Eingestellt am: 07. Nov 2011 10:44
Letzte Änderung: 03. Apr 2014 12:45
URL zu dieser Anzeige: https://pik-test.ku.de/id/eprint/4835/